Decorbouw voor Dummies
Manje speelt in Petticoat Vader Jagersma, de vader van Pattie. Een mooie rol waar hij veel voldoening uit haalt. Daarnaast werkt hij mee in de decorploeg. “…. En voor dat frame gebruik je gewoon wat raggelhout”. Vertwijfeld hoor ik de instructies van Ineke, onze regisseur en tevens onze “consultant decorbouw”, aan. Wat is in vredesnaam raggelhout (of is het rachelhout)? Ineke wijst op een stapel latjes en even later ben ik weer wat wijzer op het gebied van decormaterialen. “Wel voorboren, hè?” We bevinden ons met een man of vijf in een kas in Berkhout. Hier worden de decors gebouwd voor al onze Westend-musicals en nu zijn we bezig voor “Petticoat”. We hebben lekker de ruimte om te werken, de temperatuur loopt er, zeker in de zomer, aardig op en we kunnen een hoop dingen kwijt. Op stellingen en langs de wanden liggen allerlei materialen: balken, planken, platen, enzovoort. Sommige nog onbewerkt, andere in de vorm van een decorstuk uit een eerdere musical. Hier de skyline van Ciske, daar de achtergrond van Scroodge, verderop het kruis uit Jesus Christ Superstar daarnaast de poort uit de Wiz… Alles wat (eventueel na bewerking) nog een keer gebruikt kan worden, staat hier opgeslagen. Verder zijn er kasten vol spijkers, schroeven, bouten, moeren, wieltjes en andere ijzerwaren. We kunnen aan de slag! Voor Petticoat is het de bedoeling om de slaapkamers, de woonkamers, de winkel van Veenstra, het kantoor van Fred Wiegers en de TV-studio voor het Grote Gala met behulp van houten frames vorm te geven. Ineke schetst enthousiast op een papiertje de maten en de vormen, strooit met termen en ziet duidelijk voor zich wat het eindresultaat gaat worden. Je kan wel merken dat het een vakvrouw is, een echt theaterdier. Ik daarentegen ben een goedwillende amateur met twee linkerhanden, maar langzaamaan begin ik te snappen wat de bedoeling is en gaandeweg het proces wordt ik steeds handiger met klosjes, bevestigingen, voorboren (anders splijt het hout. Echt waar? Ja, echt waar), bitjes, schroefmachines en… raggelhout. Verrek, dit is leuk! Natuurlijk, geef een man een stuk gereedschap met een motor die lawaai maakt en hij vindt al gauw iets leuk, maar het ontstaan van een decor uit al die losse onderdelen heeft iets magisch. Zeker als de schildergroep er mee aan de slag gaat en er echt iets driedimensionaals voor je staat. Met steeds meer enthousiasme zaag, boor en schroef ik balken en spaanplaten aan elkaar, ik word er zowaar handig in! Maar dan slaat de overmoed toe. Ik heb net in een recordtempo het frame voor de winkel in elkaar gezet als me plotseling iets opvalt: die deur moest toch aan de rechterkant? Tekening erbij, Ineke erbij, wat klopt er niet? Ja, als je aan de achterkant bezig bent en het decorstuk straks omklapt zit alles precies aan de andere kant! Mijn gebrekkige ruimtelijk inzicht (dat me bij het dansen ook altijd parten speelt) breekt me hier weer eens op. Met het schaamrood op de kaken schroef ik de alles weer los. Gelukkig kan dat met dezelfde schroefmachine, die je ook in z’n “achteruit” kan zetten. Heb ik ook hier geleerd bij de decorbouwploeg van Westend.